Waterzicht 014: De waterkwaliteit verbeteren? Dat vraagt om een cultuuromslag


Waterkwaliteit verbeteren is niet alleen een kwestie van cijfers en normen halen. Er is ook een mentaliteitsverandering voor nodig.

Tijdens de netwerkdag van het Informatiehuis Water stelde filosoof Bas Haring drie prikkelende vragen: ‘Is waterkwaliteitsverbetering wel urgent?’ ‘Is de waterkwaliteit in Nederland problematisch?’ En: ‘Meten we wat ertoe doet?’

Die vragen zetten me aan tot nadenken. Want waterkwaliteit laat zich niet vangen in cijfers alleen. Metingen zijn een middel, geen doel. Voor mij is waterkwaliteit ook iets wat je voelt. Ik herinner me nog het schuim op de Nederlandse rivieren, veroorzaakt door lozingen van kalimijnen. Dode vissen, blauwalg, vijvers vol botulisme. We wilden toen én willen nu schoon, gezond en levend water. Niet alleen voor onszelf, maar ook voor planten en dieren.

Duidelijke regels nodig

Onze planeet is voor 71% bedekt met water. Slechts 3% van al dat water is zoet, en van dat kleine beetje is maar 1% geschikt voor gebruik. Dat laat zien hoe kostbaar schoon water is. Pas aan het einde van de vorige eeuw begon het besef te groeien dat we duidelijke regels nodig hebben om de kwaliteit van ons water te beschermen. Zo werd in 2000 de Europese Kader Richtlijn Water (KRW) vastgesteld. Die moest leiden tot schoon water in 2015, maar EU-landen kregen tweemaal zes jaar extra. De nieuwe deadline is 22 december 2027.

Verbetering waterkwaliteit stagneert

Mede dankzij de KRW is de waterkwaliteit verbeterd. In Delfland hebben het aansluiten van glastuinbouwlozingen op het riool, aandacht voor erfafspoeling en innovatieve opsporingsmethoden zichtbaar resultaat gehad. Toch stagneert die vooruitgang de laatste jaren en blijven de KRW-doelen buiten bereik. Nutriënten, medicijnresten, pesticiden en microplastics blijven het water vervuilen en zetten de ecologie onder druk.

Schoner water door cultuuromslag

Om de waterkwaliteit verder te verbeteren is een trendbreuk nodig. Iedereen zou in de eerste plaats verantwoordelijkheid moeten nemen en niet meer haar of zijn heil zoeken in excuses: zoals ‘we zijn het afvoerputje van Europa’, ‘de vervuiling komt uit het buitenland’, ‘er is geen gelijk speelveld’, ‘het moet van Brussel’, ‘ik ben niet bevoegd, het zijn anderen die aan zet zijn’.

In de tweede plaats is een cultuuromslag nodig. Vergelijk het met alcohol in het verkeer. Vroeger rekenden mensen uit hoeveel ze konden drinken voordat ze de norm zouden overschrijden. In de loop der jaren veranderde die manier van denken. Tegenwoordig drinken we minder. Niet uit angst voor een boete, maar omdat we niet de verantwoordelijkheid willen dragen voor de gevolgen van een ongeluk dat we onder invloed veroorzaken. De BOB-campagne maakte dat verschil. Het aantal verkeersincidenten door alcoholgebruik is zo verminderd dat de politie veel minder alcoholcontroles hoeft uit te voeren.

Voor landbouw en glastuinbouw en de hele waardeketen wens ik eenzelfde omslag. Niet méér regels, maar een cultuur waarin het vanzelfsprekend is dat productieprocessen schoon zijn. Een toonaangevende sector moet het onacceptabel vinden dat slechts in twee van de 26 glastuinbouwgebieden in Delfland de toxiciteit van het oppervlaktewater op orde is. Gelukkig beseffen velen dat ook. Een inspirerend voorbeeld is het nieuwe initiatief “De Transparante Tuinder”, waarbij tuinders zelf aan de slag gaan met de kwaliteit van het oppervlaktewater. Dit initiatief richt zich op de ontwikkeling van een nieuwe, onderhoudsvrije methode om de oppervlaktewaterkwaliteit rondom kassen te monitoren en lekkages vroegtijdig te detecteren en te verhelpen.

Verandering versnellen met data

Waterschappen kunnen deze cultuurverandering versnellen door data inzichtelijk te maken. Door samen met gemeenten te laten zien hoe het staat met de waterkwaliteit, zoals in het project De Staat van ons Water, worden knelpunten zichtbaar en ontstaan gerichte verbetermaatregelen. Ook instrumenten zoals het waterkwaliteitsdashboard van Delfland helpen daarbij. Dat toont per polder waar overschrijdingen plaatsvinden en welke pesticiden dan worden aangetroffen. Die transparantie geeft ondernemers concrete handvatten om verbeteringen door te voeren zoals het dichten van lekkages.

Toezicht en handhaving nog noodzakelijk

Maar zolang die cultuuromslag nog niet breed is gerealiseerd, blijft toezicht en handhaving noodzakelijk. Delfland zet moderne middelen in: drones, environmental DNA en warmtedetectie. Ook wordt de samenwerking met omgevingsdiensten geïntensiveerd. Controles vinden vaker plaats, ook buiten kantooruren. Bij overtredingen van zeven risicovolle activiteiten wordt niet meer gewaarschuwd maar direct proces verbaal opgemaakt. De lasten onder dwangsom zijn verhoogd en kosten voor het opruimen van vervuiling worden verhaald op de vervuiler.

Dat is niet leuk, maar nu nog wel noodzakelijk. Het aanpakken van vervuilende bedrijven draagt bij aan een schone en gezondere leefomgeving. Maar de grootste winst zal komen uit overtuiging en daadkracht van de sector zelf.


Over Waterzicht

Als dijkgraaf is Piet-Hein Daverveldt hét gezicht van ons hoogheemraadschap. Met ‘Waterzicht’, een serie blogs, vertelt hij in woord en beeld over zijn werk en zijn overpeinzingen.

Meer over de dijkgraaf

Schoon, gezond en levend water ontstaat niet vanzelf, daar kiezen we samen voor