Zorgen over waterkwaliteit nemen toe, urgentie moet breed worden gevoeld
Vandaag is onder de titel 'Gaat Nederland de KRW-doelen halen?’ een rapport verschenen van Witteveen+Bos waarin onderzoekers waarschuwen voor een mogelijke juridische crisis als de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water niet worden gehaald. Ook heeft Natuurmonumenten in de landelijke pers zorgen uitgesproken over de waterkwaliteit in ons land en het halen van de doelen voor de KRW. Natuurmonumenten doet een dringend appel op álle overheden om zich veel meer in te spannen voor de waterkwaliteit. Hoogheemraad Marcel Belt onderschrijft de zorgen.
Ook wij maken ons grote zorgen over de waterkwaliteit. Want ook in ons gebied zijn de doelen van de KRW niet binnen bereik. Met 1,2 miljoen inwoners en 45.000 instellingen en bedrijven waaronder 1500 glastuinbouwondernemingen is de druk op de waterkwaliteit in ons gebied enorm.
Wat doet Delfland voor de waterkwaliteit? Als waterschap doen wij wat vanuit onze taken en bevoegdheden mogelijk en haalbaar is om het water in ons gebied te beschermen tegen schadelijke stoffen en om de ecologie te stimuleren. Dat laatste doen wij door het aanleggen van een samenhangend netwerk van nieuwe waternatuur en maatregelen voor vis.
Bij het onderhoud van onze wateren zijn wij op een andere manier gaan maaien. Waar het kan, laten wij waterplanten zoveel mogelijk staan ten behoeve van de waterkwaliteit en wij geven andere onderhoudsplichtige partijen handvatten om hieraan bij te dragen.
In ons water meten wij in glastuinbouw- en agrarisch gebied nog steeds bestrijdingsmiddelen en meststoffen. Wij werken er hard aan om die terug te dringen. Onder meer in de gebiedsgerichte aanpak, waarbij wij in alle glastuinbouwpolders de waterkwaliteit meten, de informatie delen met de LTO Glaskracht en de individuele ondernemers, waarna afspraken worden gemaakt over verbetering.
Waterkwaliteit stagneert Dat leverde de afgelopen jaren steeds vooruitgang op: de waterkwaliteit in de glastuinbouwgebieden is sinds 2013 sterk verbeterd. Sinds 2020 zien wij die vooruitgang stagneren. Dat is niet goed. Wij geven daarom dit jaar vorm aan een nieuwe, geïntensiveerde aanpak in de glastuinbouwgebieden om die vooruitgang weer vlot te trekken. Ook de branche zelf heeft toegezegd zich meer te gaan inspannen.
Wij gaan de branche daarbij helpen door onze controles te intensiveren bij bedrijven waarvan wij uit de gebiedsgerichte hebben gezien dat de risico’s daar groot zijn. Wij gaan de opsporing verder verbeteren met nieuwe technieken en waar mogelijk harder optreden tegen overtreders. De verantwoordelijkheid voor de waterkwaliteit in de glastuinbouwgebieden ligt wat ons betreft primair bij de ondernemers. Een combinatie van samenwerking en stevig handhaven moet de komende jaren leiden tot nul emissies uit de kassen.
Iedereen aan de bak Natuurmonumenten geeft aan dat de waterschappen het niet alleen kunnen. Hoogheemraad Marcel Belt: “Dat is ook zo. Binnen ons gebied moeten ook gemeenten, provincie en omgevingsdiensten steviger werken aan de waterkwaliteit. Landelijk moeten het Rijk en Europa ook hun rol pakken. Want in ons water zitten ook stoffen waartegen waterschappen geen maatregelen kunnen nemen. Stoffen als pfas en pfos bijvoorbeeld. Het toelatingsbeleid van Europa en het Rijk op dit soort stoffen en op bestrijdingsmiddelen als imidacloprid bijvoorbeeld moet echt anders. Anders is het dweilen met de kraan open.
Alle zorgen over de waterkwaliteit zijn terecht. Schoon, gezond en levend water is van groot belang voor onze leefomgeving, de biodiversiteit en onze voedsel- en drinkwatervoorziening. . Delfland zet zich de komende jaren onverminderd hard in om de doelen van de KRW te halen. Wij gaan wij daarbij ook nadrukkelijk de overige partijen aanspreken die een verantwoordelijkheid hebben.”
In de vergadering van ons Algemeen Bestuur lichtten vandaag zowel Natuurmonumenten als de Natuur- en Milieufederatie Zuid Holland hun zorg nog eens toe. Zij nodigden Delfland uit om samen op te trekken bij het betrekken van alle relevante partijen bij de waterkwaliteit. Marcel Belt: “Die uitnodiging nemen wij uiteraard graag aan.”