Test waterberging Molenvlietpark vanaf 27 november
Het Hoogheemraadschap van Delfland test deze week de inzet van het Molenvlietpark als waterberging. Het Molenvlietpark in Den Haag is daarom vanaf maandag 27 november enkele dagen niet toegankelijk voor wandelaars, hondenbezitters en andere recreanten.
Het mooie Molenvlietpark is veel meer dan alleen een park. Het is ook een waterberging: een plek die Delfland bij fikse regenbuien kan laten vollopen met water uit de Kansjesmolensloot en de Zuidvliet. Op die manier verkleinen we de kans op wateroverlast voor de bewoners van de woonwijken in Den Haag en Delft.
De klimaatscenario’s van het KNMI laten zien dat we voorbereid moeten zijn op extreme regenbuien die vaker voor zullen komen en zeer lokaal kunnen vallen. Zeker in stedelijk gebied is er weinig ruimte om die buien op te vangen. Waterbergingen, zoals het Molenvlietpark, kunnen ons dan helpen het water op te vangen en tijdelijk op te slaan.
Wat controleren we bij de test?
Tijdens de test van waterberging Molenvlietpark controleren we technische aspecten en inspecteren we de dijken rondom de waterberging. Ook nemen Delfland en de gemeente Den Haag de afspraken die gemaakt zijn, in de praktijk door. Zo kijken we of het protocol dat we samen hebben opgesteld voldoet.
Afsluiting voor bewoners en voor vaarverkeer
Voor de test worden de toegangspaden naar het park op maandag 27 november om 8.00 uur afgesloten. Ook wordt de Kansjesmolensloot afgesloten voor vaarverkeer. Het vullen van de berging duurt ongeveer 8 uur.
Op dinsdagmorgen 28 november starten wij met het leegpompen van de berging; dit neemt naar verwachting twee dagen in beslag. Om geluidsoverlast zoveel mogelijk te beperken, worden de pompen tussen 19:00 ’s avonds en 07:00 ’s ochtends uitgezet. Als het park weer leeg is, volgt er een laatste inspectie en worden de paden en bankjes schoongemaakt. Wij verwachten dat het park op vrijdagmiddag 1 december weer volledig toegankelijk is.
Hoe verkleint een waterberging de kans op wateroverlast?
Als in het gebied van Delfland veel regen valt in korte tijd, draaien de gemalen en molens van Delfland volop om al het water het gebied uit te pompen. Maar, soms regent het harder dan we kunnen hebben. Er zijn dan manieren om een hoeveelheid regenwater tijdelijk in het gebied op te slaan. Zoals het inzetten van één of meer van onze waterbergingen. Dat doen we om de kans op wateroverlast in woonwijken te verkleinen. Twee voorbeelden van grote waterbergingen zijn de Woudse polder in Midden-Delfland en de Wollebrand in Honselersdijk. Daar kunnen we tijdelijk 500.000 en 250.000 miljoen liter water in opslaan. Het Molenvlietpark kan ter grootte van vier voetbalvelden tot anderhalve meter hoogte extra water bergen. Dat is 60 miljoen liter water, dit staat gelijk aan 60.000 kuub.